Onthulling gerestaureerd graf Nicolaas Beets
Zaterdag 10 september 2016
om 15:30 uur
Begraafplaats Soestbergen, Gansstraat 167, Utrecht
gepubliceerd op 26 augustus 2016
Graf Nicolaas Beets gerestaureerd

Tijdens de Open Monumentendag op zaterdag 10 september  om 15.30 uur wordt er aandacht besteed aan het gerestaureerde graf van de Nederlandse schrijver Nicolaas Beets alias Hildebrand op de Algemene begraafplaats Soestbergen te Utrecht. De restauratie van het graf van Nicolaas Beets is gefinancierd uit het CultuurFonds op Naam Perzik van Onsterfelijkheid, opgericht door het Prins Bernhard Cultuurfonds en de Koninklijke Boekverkopersbond.

De Nederlandse auteur Nicolaas Beets (1814-1903) is vooral bekend onder het pseudoniem ‘Hildebrand’. Hij maakte naam met zijn Camera Obscura dat in 1839 verscheen en direct na publicatie populair was. In het boek, dat meermaals herdrukt is, hekelt Hildebrand alle geledingen van de maatschappij van zijn tijd. Klassiek geworden zijn verhalen als ‘Een onaangenaam mensch in den Haarlemmerhout’ en ‘De familie Stastok’. Hij oogstte veel lof met de bundel maar ontving ook kritiek waaronder van criticus Potgieter die zijn realisme niet kon waarderen. Praktisch de hele tweede helft van de negentiende eeuw woonde en werkte Beets in Utrecht, als predikant en als hoogleraar kerkgeschiedenis. Achter de schermen heeft hij zich op diverse terreinen sterk ingezet voor het welzijn van de Utrechtse burgerij.

In 1911 schonk de familie 330 drukken met de werken van Beets en enige manuscripten aan de Bibliotheek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. Het archief van Beets bleef aanvankelijk in de familie en raakte verspreid over meerdere personen. In 1966 en 1993 werden grote delen verkocht aan de MdNL, later gevolgd door enkele kleinere schenkingen uit de familie.

De bijeenkomst rondom het gerestaureerde graf is gratis bij te wonen en vindt plaats op begraafplaats Soestbergen aan de Gansstraat 167 in Utrecht op zaterdag 10 september om 15:30. Er zullen diverse sprekers zijn waaronder de literatuurhistoricus Niels Bokhove.